Foto: Jan Snoei
Gastheer Jan Snoei (WITh Accountants)

'Geld verdienen lijkt makkelijker dan geld weggeven'

Seminar over de rol van banken in de wereld van filantropie

Door: Redactie WvF
13-11-2025
  • Filantropie
  • Verslag

Op het seminar Actuele Ontwikkelingen Filantropie van WITh Accountants kwamen bestuurders en vermogensadviseurs bijeen om te praten over de rol van banken in de wereld van goede doelen. Hun boodschap was optimistisch, de praktijk roept vragen op.

In de zaal bij ING gebouw Cedar gonst het van de maatschappelijke betrokkenheid. Bankiers van uiteenlopende herkomst onder één dak, nogal uitzonderlijk, toezichthouders en filantropen spreken over vertrouwen, samenwerking en impact. De sfeer is goed, het jargon nog beter. Maar onder het keurige oppervlak wringt iets.

Het centrale thema De bank als bruggenbouwer, poortwachter of imagoarchitect? hangt als een zwaard van Damocles boven de zaal. Want achter elke inspirerende presentatie schuilt dezelfde spanning: banken die zeggen maatschappelijke partners te zijn, maar niet zelden de poort dichthouden voor de organisaties die ze beweren te steunen.

Jan Snoei, partner bij WITh Accountants, ziet een kentering in de relatie tussen banken en goede doelen. ‘We merken dat banken ideële organisaties weer willen helpen’, zegt hij. ‘Ze staan niet tegenover elkaar, maar naast elkaar om de wereld wat beter te maken.’ Volgens Snoei is er ruimte voor samenwerking zonder de controle te verliezen: ‘Banken blijven toezichthouders met hun checks and balances, maar ze zijn óók partners van de filantropie.’ Zelfregulering blijft daarbij essentieel, vindt hij.

Van cheque naar checklist

De filantropische sector in Nederland groeit, gevoed door een nieuwe generatie vermogenden die meer willen nalaten dan rendement. Maar wie een stichting wil oprichten, een goed doel wil financieren of geld wil overmaken naar projecten in ontwikkelingslanden, botst al snel op de muren van compliance. Waar ooit een handdruk volstond, eisen banken tegenwoordig UBO-formulieren, risicoprofielen en due diligence-rapporten die niet zouden misstaan in een hedgefonds. Banken noemen het integriteitsbeleid. In de praktijk betekent het vooral uitsluiting. Een stichting die vluchtelingen helpt, wacht maanden op een rekening; een crypto start-up heeft die binnen een week. (Bron: Human Rights in Finance .EU)

‘We zijn doorgeslagen in onze controledrang’, constateert oud-bankier Otto Beelaerts van Philos Advisors. Hij begeleidt families en stichtingen bij hun geefstrategieën en ziet van dichtbij hoe goede bedoelingen verstikken in regelgeving. ‘Alles moet afgevinkt, verantwoord, gerapporteerd. Daarmee verlammen we juist de mensen die iets goeds willen doen.’ Zijn oproep aan de banken is even simpel als gedurfd: ‘Durf weer te oordelen in plaats van alleen te toetsen. Neem risico, niet met formules, maar met verstand.’

Morele grens

De banken wijzen steevast naar Europa. Strenge anti-witwasregels, sanctielijsten, dreigende boetes: ze zouden geen keus hebben. Maar achter dat formele verweer schuilt een diepere verschuiving. De risicocultuur van de bank is de morele cultuur van de samenleving gaan bepalen. In hun jacht op nul risico offeren banken maatschappelijke nuance op het altaar van compliance. De wetgever verwijst naar Brussel, Brussel naar de banken en de burger met idealen en spaargeld blijft met lege handen achter. Zo verschuift de macht ongemerkt van de gever naar de controleur. Het woord vertrouwen, ooit de kern van zowel bankieren als filantropie, is verworden tot een vinkje in een systeem. Maatschappelijk verantwoord is niet langer een moreel kompas, maar een label dat vooral binnen wettelijke compliance-verplichtingen wordt gedefinieerd.


Een voorbeeld van die spanning kwam van Peter Jacobs, CEO van ING Nederland en voorzitter van het ING Nederland Fonds. Onder het motto Waar een wil is, moet een weg zijn presenteerde hij de inspanningen van het fonds om financiële gezondheid en digitale vaardigheden te bevorderen. In 2024 investeerde ING € 3,9 miljoen in 23 maatschappelijke partners, een aardig bedrag, maar in verhouding tot de miljardenwinst vooral symbolisch. Toch is het niet het bedrag dat schuurt, maar de constructie.

Dat de CEO van de commerciële bank ook voorzitter is van het filantropisch fonds ondermijnt juist het onafhankelijke karakter dat filantropie geloofwaardig maakt. Jacobs’ betrokkenheid versnelt wellicht de besluitvorming, maar het roept ook de vraag op of het fonds primair maatschappelijke verandering beoogt of reputatiemanagement. In de wereld van corporate foundations geldt doorgaans een gezonde afstand tussen moederbedrijf en fondsbestuur, juist om belangenverstrengeling te voorkomen. Bij ING lopen die lijnen dicht langs elkaar, maar inhoudelijke keuzes worden altijd onafhankelijk getoetst en er zijn externe bestuursleden om dit te borgen.

Robert Swaak

Gids

Voormalig ABN AMRO-topman Robert Swaak, actief in diverse goede-doelenbesturen, positioneert de bank liever als trusted advisor. Banken, zegt hij, hebben een nieuwe maatschappelijke roeping: bruggen bouwen tussen gevers en ontvangers, tussen vermogen en waarde. ‘Niet wat het oplevert is de vraag’, zegt Swaak. ‘Maar wel: wat laten we achter?’ Hij ziet een toekomst waarin banken cliënten begeleiden bij geefstrategieën, ESG-beleggingen en impactinvesteringen, een rol waarin maatschappelijke zingeving en financieel advies samenvallen. Het klinkt nobel en Swaak gelooft er zichtbaar in. Toch wringt ook hier de schoen. Want wie bepaalt die missie eigenlijk? De bank die decennialang symbool stond voor winst en rendement schuift nu op richting zingeving. Is dat idealisme, of strategische positionering in een tijd waarin vertrouwen het nieuwe kapitaal is?

Swaak benadrukt dat samenwerking de sleutel is: banken kunnen leren van goede doelen over impactmeting, terwijl die op hun beurt profiteren van bancaire kennis over governance en risicobeheersing. Maar zolang banken zelf nog worstelen met transparantie, ethiek en geloofwaardigheid, blijft die wisselwerking precair. ‘Je moet inclusief zijn als bank’ stelt Swaak. Mooie woorden. Alleen: inclusie begint bij toegang.

Goede bedoelingen, slechte uitwerking

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) pleit inmiddels voor een slimmere, risico-gebaseerde aanpak van witwasbestrijding. Beleidsmedewerker Christina Akinshina stelt dat banken zich moeten kunnen richten op hoge risico’s, met minder lasten bij lage risico’s. Toegang tot betrouwbare gegevens en betere terugkoppeling vanuit de Financial Intelligence Unit Nederland moeten het stelsel effectiever maken. Op papier klinkt dat redelijk. In de praktijk betekent het dat de sector zijn eigen regels probeert te versoepelen, niet om idealistische redenen, maar omdat de huidige aanpak onwerkbaar is. Banken klagen over de administratieve last, maar hebben zelf de bureaucratische fuik gebouwd waarin ze nu vastzitten.

- foto dirk kome

Spiegel

De spanning tussen winst en waarde, tussen controle en vertrouwen, maakt de filantropie tot een spiegel voor de bankensector. Waar goede doelen drijven op idealisme, opereren banken vanuit risicominimalisatie. Die twee logica’s bijten elkaar. Toch is de ontmoeting tussen beide werelden, zoals op dit WITh-seminar, waardevol. Ze dwingt banken hun morele positie opnieuw te definiëren. Niet in campagnes of jaarverslagen, maar in de praktijk van toegang, vertrouwen en verantwoordelijkheid.

Beelaerts zei het treffend: ‘Een gezonde democratie drijft op de balans tussen publiek en privaat. Dat evenwicht verliezen we.’ Als particuliere initiatieven steeds verder worden ingeperkt door institutionele angst, dan wordt de ruimte voor maatschappelijke vernieuwing kleiner, en met die ruimte ook het vertrouwen in de financiële sector.

Tot slot

Aan het eind van de dag klinkt de conclusie vriendelijk maar ongemakkelijk. Banken willen bruggenbouwers zijn, maar gedragen zich nog te vaak als poortwachters. Hun maatschappelijke rol blijft gevangen tussen regelgeving en reputatie, tussen angst voor boetes en verlangen naar waardering. Zolang dat de realiteit blijft, zal de bank als filantroop vooral lijken op wat ze altijd al was: een instelling die vertrouwen verkoopt, maar het zelden durft te geven. Of, zoals iemand het samenvatte: ‘Geld verdienen is tegenwoordig makkelijker dan het weggeven.’

Share

Gerelateerde artikelen