
Boete op schenken vanuit vennootschap is beleid zonder visie
- Fiscaliteit
- Opinie
Het (demissionaire) Kabinet bezuinigt dit jaar niet alleen op ontwikkelingssamenwerking en cultuur maar ontmantelt ook het fiscale regime voor bedrijven om te schenken aan deze sectoren. Sterker: er worden, als onderdeel van het Belastingplan 2025, zelfs ‘boetes’ opgelegd. Schenkingen vanuit de vennootschap worden namelijk aangemerkt als dividenduitkering waarover 31% belasting moet worden betaald.
Voor de goede orde, dit gaat niet om donaties met een zakelijk belang of om donaties die tot een maximum van € 100.000 aftrekbaar zijn voor de vennootschapsbelasting. Dit gaat om grote donaties vanuit de vennootschap die te hoog liggen voor de maximale belastingaftrek; donaties die onder normale omstandigheden de creatie van nieuwe fondsen mogelijk zouden maken of het substantieel vergroten van het vermogen van bestaande fondsen.
‘Don’t fix it, if it ain’t broken’
Het beleid dat bestond en waarvan deze regering per 1 januari 2025 afscheid nam had als essentie: je betaalt geen belasting op schenkingen uit de vennootschap en deze schenkingen leiden ook niet tot een fiscale aftrekpost. Het oude beleid deed precies waarvoor het was bedoeld: privaat schenken bevorderen zonder dat er sprake was van fiscale faciliteiten. Toch meende de regering dit systeem te moeten veranderen door met ingang van dit jaar een ‘boete’ op schenken uit de vennootschap te introduceren. De Engelsen zouden zeggen: ‘don’t fix it, if it ain’t broken’. Waarom dan toch deze vreemde beslissing?
Het op slot zetten van dit soort donaties door een ‘boete’ op te leggen, is een onbegrijpelijke beslissing waarvan de gevolgen niet of nauwelijks werden besproken in de Tweede Kamer tijdens de besluitvorming over het Belastingplan 2025. Bedrijven die de maatschappelijke moed hebben om in plaats van voor eigen gewin te gaan, het eigendom van het bedrijf en daarmee de financiële baten aan de maatschappij te geven (steward ownership; de vernieuwende vorm van eigendom anders) worden de pas afgesneden.
Minder nieuw geld
De overheid ontneemt op deze wijze vermogen dat eigenaren van bedrijven bereid waren in te zetten voor beleidsvelden als ontwikkelingssamenwerking en cultuur. Het lijkt alsof politici en bestuurders de desastreuze gevolgen van deze aangepaste regelgeving niet zien of willen zien. Maatschappelijke organisaties in Nederland zullen een terugloop ervaren in de toestroom van substantieel nieuw geld.
Is het te laat om deze desastreuze ontwikkeling te keren? Neen. De Tweede Kamer heeft weliswaar het Belastingplan 2025 zonder amendementen op dit punt aangenomen maar in de Eerste Kamer werd gelukkig een motie van het CDA aangenomen. De motie stelt dat er geen analyse is geweest van de impact van dit regeringsvoorstel, geen overleg met de sector heeft plaatsgevonden en dat er geen sprake is van een zorgvuldig wetgevingsproces. De motie verzoekt de Regering met de sector te overleggen om alternatieven te onderzoeken.
Kanttekeningen
Ik wil graag met zeven kritische kanttekeningen mijn persoonlijke visie geven op wat er hier aan de hand is:
1 Kritiek verstomt
Het is eigenlijk vreemd dat dit onderdeel van het Belastingplan over schenken uit de vennootschap niet heeft geleid tot scherpe kritiek van linkse en rechtse partijen. Links begrijp ik niet, want als je een eigen bedrijf niet kunt weggeven aan de maatschappij ten behoeve van algemeen nuttige activiteiten met als gevolg van het betalen van ‘boetes’, dan is het resultaat dat het eigendom van een onderneming simpelweg doorvloeit naar de volgende generatie van vermogende familieleden.
De ervaring leert dat de volgende twee generaties het verworven vermogen dikwijls gebruiken voor consumptieve bestedingen. Zonder structuur, goed bestuur en filantropie verdampt privaat geld vaak bij volgende generaties. De maatschappij wordt hier niet beter van. Integendeel de inkomens- en vermogensongelijkheid zullen alleen maar toenemen. Dat kan toch niet de bedoeling zijn van linkse partijen.
Rechts begrijp ik ook niet. Deze partijen hebben veel ondernemers onder hun aanhang. Een toenemend aantal van hen is bereid om grote sommen geld terug te ploegen naar de maatschappij en zij worden daarin belemmerd door deze nieuwe regelgeving. Het lijkt er op dat ondernemend Nederland de tijdgeest heel wat beter aanvoelt dan de partijen die zeggen hen te vertegenwoordigen.
2 Geen kosten-batenanalyse
De belastingbaten verbonden aan het invoeren van een belasting op schenken uit de vennootschap werden kennelijk geraamd op € 51 mln. Dat is ‘peanuts’ in vergelijking met de grote bedragen die nu worden onthouden aan de maatschappij om het algemeen belang te dienen. Kosten-baten analyse komt kennelijk niet voor in het denkraam van de Regering
3 Onwetendheid erger dan regelgeving
In 2011 bezuinigde Staatssecretaris Halbe Zijlstra ook op cultuur maar wat de regering toen tegelijkertijd deed was het verhogen van de aftrekmogelijkheden als met privaat geld culturele doeleinden werden gesteund. Het was de zogenaamde multiplier van 125%: als men € 1.000 aan een cultureel doel schonk, had men een fiscale aftrekpost van € 1.250. De huidige regering bezuinigt op cultuur en maakt tegelijkertijd het privaat schenken van grote bedragen uit de vennootschap bijna onmogelijk. Waarom die combinatie? Soms denk ik: erger dan regelgeving is onwetendheid
4 Geen fiscale stabiliteit
Met dit nieuwe regime van ‘boete’ op schenken heeft de samenleving in de laatste vier jaar vanaf 2022 kennis kunnen maken met vier geheel verschillende systemen van fiscaliteit met 2025 als absoluut dieptepunt. Kennelijk heeft de regering niet in de gaten dat ondernemers die bereid zijn hun vermogen of een deel daarvan terug te geven aan de samenleving gebaat zijn bij stabiliteit. Je wordt gek als elke regering of minister de neiging heeft telkens weer te besluiten tot een eigen footprint qua fiscaliteit voor de filantropie.
5 Langetermijnstrategie onmogelijk
Het gevolg van de systeemverandering ten aanzien van het schenken uit de vennootschap, namelijk door een boete op te leggen voor grote donaties, kan heel makkelijk leiden tot situaties zoals die bestaan in Italië. Hoewel daar geen boete op schenken is, zijn er ook geen fiscale voordelen voor families om grote bedragen in het familiefonds te steken. Dit heeft ertoe geleid dat families elk jaar bepalen of er een bedrag voor dat jaar naar het fonds wordt overgemaakt voor de charitatieve bestedingen aan maatschappelijke organisaties.
De implicatie is dat de uiteindelijke begunstigden nooit zekerheid hebben over hun toekomstige inkomsten voorbij de horizon van één jaar. Zij kunnen dus geen langere termijnstrategie formuleren. Ook de familiefondsen zelf kunnen geen lange termijnstrategie uitzetten. Het gehele filantropie landschap wordt meer ad hoc en korte termijn gericht. Als dit ook in Nederland zou gebeuren (en dat is gezien de bizarre voorstellen uit het Belastingplan heel waarschijnlijk) dan boet filantropie sterk in aan effectiviteit en betrouwbaarheid.
6 Incoherent beleid
Het Nederlandse beleid om filantropie op effectieve wijze te laten bijdragen aan de kwaliteit van de maatschappij is op zijn zachts gezegd incoherent. Enerzijds verdient de regering een pluim door toe te laten dat impactinvesteringen van fondsen kunnen worden meegenomen in het beoordelen van het bestedingscriterium.
In het verleden werden impactinvesteringen niet gezien als filantropische bestedingen, waardoor de fiscus kon oordelen dat een fonds aan het oppotten was wegens geringe donaties. Er was dus een ontmoedigende factor op het doen van impact investeringen. Dat is nu recht gezet: zowel donaties als impactinvesteringen gelden als filantropische bestedingen.
Chapeau voor de regering. Hoe incoherent is het dan dat je vervolgens grote schenkingen uit de vennootschap gaat beboeten. Dat is mijn ‘anderzijds’. Wat voor visie heeft de regering ten aanzien van de filantropie, if any?
7 Onvriendelijkste klimaat
Philea, de koepelorganisatie van Europese fondsen in Brussel, onderzoekt regelmatig de wettelijke en fiscale omgeving waarin filantropische organisaties in de diverse Europese landen moeten functioneren. Philea gaf te kennen dat de Nederlandse regering een unieke plaats inneemt in Europa door schenken uit de vennootschap te gaan belasten met 31%. Voor dit soort essentiële schenkingen die het ontstaan van nieuwe fondsen altijd een impuls hebben gegeven, scoort Nederland als slechtste kind van de klas. Nederland heeft het meest onvriendelijke klimaat van Europa op dit punt. Eens liepen wij voorop en dat betekende dat internationale filantropische organisaties zich graag vestigden in Nederland. Waarvan acte!
Het is nog niet te laat
De (demissionaire) regering moet voor 1 juli dit jaar antwoorden op de eerdergenoemde motie van de Eerste Kamer. Hopelijk zal de regering handelen in het besef dat zij geen monopolie heeft op het bevorderen van het algemeen belang. Burgers en bedrijven kunnen dat ook doen, zowel met vrije tijd als met geld. De overheid zou die talloze maatschappelijke initiatieven in ons land moeten aanmoedigen en faciliteren. Zij worden mogelijk gemaakt met privaat geld dat onafhankelijk en vrijwillig wordt ingezet voor het maatschappelijk belang. Dat moet je niet ‘beboeten’ maar koesteren